Foss á Siðu.
(waterval bij Siðu) is een 30 meter hoge waterval die zo’n 15 km ten oosten van Kirkjubæjarklaustur aan de ringweg ligt.
De waterval wordt gevoed door een klein meertje, genaamd Þórutjörn, dat ligt op de top van de klif. Het is zeker de moeite waard om er via het steile pad even heen te wandelen, vanaf hier heb je namelijk een mooi uitzicht op de omgeving.
Het behoort tot een van de mooiste en bekendste watervallen van IJsland.
Als weinig water naar beneden valt kan het gebeuren dat door de harde wind het water van de waterval terug naar boven wordt geblazen.
Als je op ringweg 1 rijdt, mag je deze fotogenieke waterval niet missen. Al in de verte zie je een witte streep water over de kliffen naar beneden vallen.
Er is geen officiële parkeergelegenheid, maar er is voldoende plek om uw auto even te parkeren.
Niet de grootste waterval van IJsland, maar zeker een van grote schoonheid.
De boerderij van Foss á Síðu wordt al sinds de 9e eeuw bewoond. Al in de 9e eeuw werd Foss á Síðu genoemd in het nederzettingsboek, een geschreven werk dat nederzettingen in IJsland beschrijft.
Tegenover de watervallen is de Dverghamrar (‘Dwarf Rocks’), die klassieke basaltkolommen bevat en waarvan wordt gedacht dat het de woonplaats is van enkele van de ‘verborgen mensen’ van IJsland.