Dag 1. 10 juli. 91 km
heerlijk rustig thuis nog een beetje rondscharrelen, de laatste zaken in de camper pakken en dan om half drie vertrekken we uiteindelijk. Natuurlijk weten we dat we maar een klein eindje gaan rijden, dus waarom haasten? Steeds is het de bedoeling geweest als eerste stop naar Leer te gaan waar we dan ook om vier uur aankomen. Traditiegetrouw rijden we naar de grosse wiesse maar helaas is daar geen plaats voor ons, helemaal vol. Verder gezocht dus, iets verderop aan de andere zijde van de brug is nog plaats voor ons. Ook geen slechte plek. Tegen vijven zijn we aan de wandel gegaan naar het centrum. Eerst door de altstadt met z’n leuke kunst en antiek winkeltjes. Daarnaar een patatje eten met wat kip nuggets en dan terug via het wandelpad langs het water naar de camper. Geen drukke dag maar wel mooi weer.
Dag 2. 11 juli. 176 km
via het prachtige landschap van ost-friesland naar Bremerhaven en dan door naar Wischhafen vlak bij de ferry over de Elbe naar Gluckstad. Onderweg, in Neuenburg hebben we nog een prachtige wandeling gemaakt in het park bij een oud kasteel uit 1469, heel leuk het leek wel een openlucht museum. We staan alleen op de camperplaats even buiten het dorpje. Het is in de loop van de middag gaan regenen en nu regent het nog, dus het dorp verkennen is er helaas niet bij.
Dag 3. 12 juli. 265 km
het was niet de bedoeling om heel veel kilometers te maken vandaag, maar het liep anders. Het plekje dat we dicht bij heiligenhafen hadden gekozen konden we in eerste instantie niet vinden door verkeerde coördinaten en toen we er toch aan kwamen kwam er na een uurtje iemand langs die vertelde dat het absoluut verboden was om hier te staan omdat het bij een school hoorde. Dus weer verder, het zit niet mee. Dan maar de ferry genomen naar Denemarken. Plekje gezocht in het dorpje Rodby. Ook daar bleken de coördinaten weer eens niet te kloppen want we kwamen terecht op een pleintje voor een kerk, een onmogelijke plaats. Dan maar naar Faro, een voor ons bekend plekje bij de lange brug over de Sorstrommen. Het is vandaag een prachtige dag geweest en hier kunnen we nog even lekker genieten van de zon. Het staat hier vol, ik denk wel 50 campers maar helaas ook een stuk of tien grote vrachtwagens, waarvan een paar de gehele nacht de motor lieten draaien, vermoedelijk vanwege de koeling.
Dag 4. 13 juli. 234 km.
Een leuke route gekozen langs de kust over de eilanden Faro, Bogo en Mon. Stukjes over de Margaritenroute naar Rodvig waar we bij een leger museum gaan kijken. We gaan niet naar binnen maar er staat wel een Centuriontank voor waar ik in mij diensttijd op heb gewerkt aan de radio verbindingen en ook wel mee heb gereden, leuk om dat weer eens naar boven te laten komen. Bij Stevns Klint bekijken we een kerkje dat op de rand van de witte kalk klif staat. Dan door naar de 19 km lange oversteek naar Malmö in Zweden. Daar zou een camperplaats zijn volgens het boek van de CC, maar deze plaats is inmiddels opgeheven dus weer op zoek. Dat wordt uiteindelijk in Bara bij een kasteel. Deze vakantie zijn we nog maar 1 Nederlands koppel tegen gekomen maar hier staan er 4 NL campers incl. wijzelf daarnaast maar 2 Duitsers.
Dag 5. 14 juli. 227 km
Een stralende dag vandaag. Heldere hemel en een lekker zonnetje. We rijden door een landschap dat erg aan Denemarken doet denken, licht glooiend coulissen landschap met uitgestrekte korenvelden en andere gewassen. Maar de weg is uitstekend, voor een deel 4 baan’s snelweg maar verder 3 baan’s af en toe links en na een paar km weer rechts. Het schiet wel lekker op. Via Hőrby, Hőőr, Hassleholm rijden we naar Alvesta, waarna we op een schitterende overnachtingsplaats in Hjortsberga terecht komen. Gratis, maar wel met zeer luxe toiletten, stort plaats voor het toilet en bij elke plek een tafel met vier stoelen er om heen. De plekjes zijn van elkaar gescheiden door bloemperken. Van onze buurman, een Duitser die in een 50 jarige oude brandweerwagen rondrijd, horen we dat er veel van deze plekken zijn in Zweden. We genieten van een rustige middag in de zon.
Dag 6. 15 juli. 192 km
Vanmorgen eerst even met de familie Elzinga geapp’t, die zitten in Madrid waar Jorrit vanavond z’n master bul krijgt uitgereikt. Ook zij hebben een fijne vakantie en zijn vandaag rondgeleid door Madrid onder leiding van gids Jorrit. Opnieuw ongeveer het zelfde landschap met dat verschil dat we steeds meer door bossen rijden en steeds gluurt er een meertje tussen de bomen door. Närnamo, Gislaved, Borås en dan Alingsås, waar we aan de rand van het centrum een plekje vinden op een groot evenementen terrein. Er staan al zeker tien campers en naast ons een caravan met een aggregaat ernaast. We hopen dat die vanavond niet begint te brullen. Het is een bewolkte dag geweest met een enkele fikse bui. We wandelen nog even de stad in, het heeft 1 lange winkelstraat met veel luxe winkels. We boffen want direct nadat we de camper weer in stappen begint het te regenen, dat overkomt ons vaak. Bofschieters zijn we.
Dag 7. 16 juli. 297 km
Vannacht een paar buitjes maar dat mag geen naam hebben. Nu zien we een stralende hemel, geen wolkje te zien. Tom geprogrammeerd op Fjällbacka, dat is aan het Skagerrak. Langzaam begint het landschap te veranderen, van het vlakke land gaan we steeds meer heuveltjes zien en rotspartijen langs de weg. De graanvelden maken plaats voor dennenbomen en zo nu en dan passeren we weer een meertje of meer. Het laatste stuk langs de scherenkust is heel mooi met af en toe uitzicht op het Skagerrak. Fjällbacka blijkt een leuk klein havenstadje te zijn maar het is er razend druk. Veel grote parkeerplaatsen tot midden in het dorp maar ze zijn allemaal vol. We rijden onze camper bijna klem in de mensenmassa. We zoeken nog wat verder in de omgeving maar het is overal het zelfde, geen plekje te vinden. We besluiten dan ook om maar door te rijden naar Mysen, waar een camperplaats is. Onderweg nemen we onze rust op een P. langs de snelweg. Bij de aanleg hiervan is men op het skelet van een bultrug walvis gestoten, deze resten zijn hier in een vitrine te bezichtigen. Volgens de berekening moeten dit beest minstens 16000 jaar oud zijn, In die tijd moet de zeespiegel hier ongeveer 60 m meter boven dit peil zijn geweest. We volgen de smalle maar landschappelijk prachtige weg, tanken diesel en water in Rakkestad. De camperplaats is uitstekend en zelfs de E. aansluiting blijkt gratis te zijn. We staan hier naast een Nederlands koppel, iets jonger dan wij maar eveneens enthousiaste camperaars. Het klikte direct goed en hebben dan ook een paar uurtjes gezellig ervaringen uit zitten wisselen. Geen TV vanavond want we staan achter de bomen. We hadden geen zaag bij ons anders was die ene boom plat gegaan.
Dag 8. 17 juli. 288 km.
Weer een stralende dag. Eerst afscheid genomen van Tine & Klaas uit Harderwijk, dan naar de serviceplaats om de WC en afval water te legen. Dan aan de rit. Lillestrőm, Eidsval, Gjøvik, Lillehammer. Vandaar kijken we uit naar een plekje voor de nacht. We rijden hier door de Gudbrands dalen. Een mooie route waar we veel langs enorme meren rijden. Mooi uitzicht, maar het vreemde is dat je nergens bij het water kan komen. Daar waar het wel zou kunnen hebben ze er een camping voor gelegd. Spijtig. Maar de camperplaats Krekke bij Fåvang blijkt een uitstekend keus te zijn. Wel kunnen er maar 7 campers staan maar wij vinden een plekje naast 1 Zweed, 1 Duitser, 2 noren en nog 1 Nederlands gezin. De Zweedse dame van 80 is erg praatgraag uit gevallen maar ook erg aardig. Ze spreekt overigens uitstekend Engels. We hebben koud gedoucht want de boiler werkte in eerste instantie niet goed.
Dag 9. 18 juli. 288 km.
Hoe is het mogelijk vandaag hebben we exact evenveel km gedraaid als gisteren. Toch was het een schitterende rit. Eerst richting Otta dan Dombas, daar wat folders gehaald. Vandaar uit ga je gelijk omhoog over de hoogvlakte Dofrefjel, dit is de E6, de weg die van zuid naar noord door heel Noorwegen voert. De komende dagen zullen we die in hoofdzaak volgen. Het is hier ontzettend druk, een op de vijf auto’s is en camper. Gelukkig zijn hier veel plekjes waar we van de weg af kunnen. Wij vinden rond het middaguur een leuk rustig plekje bij een meertje waar we van onze lunch en het middag dutje in de zon genieten. Als we in Oppdal zijn zoeken we een plekje voor de nacht. Die vinden we 80 km verderop, ook weer bij een klein meertje bij Granatjørna. Het is een prachtig visvijvertje omzoomd met in volle bloei staande blauwe lupinen.
Dag 10. 19 juli. 283 km.
Stralende dag vandaag, warm zelfs. We rijden door het prachtige landschap en al snel zien we een heel bijzonder kerkje met een vrij staande toren. Het heeft een heel aparte vormgeving. Na ca. 15 km bij Orkanger komen we uit op de snelweg en na 20 km zijn we weer terug op de E6. Het gaat hier heel snel want er zijn veel tunnels aangelegd. We zijn niet gek op tunnels, het schiet wel op alleen zijn we niet zo verrukt van het uitzicht. Door Trondheim gaat het echt snel op die brede snelweg. We rijden ongeveer 100 km langs de Trondheimsfjorden via Stjørdal naar Levanger en Steinkjer. Dan langs het lange Snåsavatn, een schitterde weg. We tanken in Grong en 6 km verder vinden we een prachtig plekje op een mix parking met een mooi uitzicht op het beboste berglandschap.
Dag 11. 20 juli. 225 km.
Volgens Gepke heeft het vannacht hevig geregend, ik heb daar niets van vernomen, ben een goede slaapkop dus. Toch scheen de zon opnieuw vanochtend uitbundig. Al na 5 km kwamen we langs een stuw in de rivier, die hebben we bekeken. Het heldere water stort hier met geweld overheen, het is een spectaculair gezicht. Na een uurtje rijden vonden we een prachtig plaatsje aan een meer voor onze koffiestop. Het bevalt ons zo goed hier dat we besluiten een uurtje langer te blijven om lekker van onze boekjes te genieten. Gepke kon hier haar hobby uitleven: eendjes voeren. De middag stop vieren we ook weer bij een meer, ook een leuk plekje. Na het eten vallen de oogjes dicht in onze luie stoel. Na een uurtje in de felle zon blijken we waarachtig al een kleurtje te hebben gekregen. Oppassen geblazen dus. De laatste 100 km van vandaag gaat met horten en stoten want er wordt hier een bijna geheel nieuwe E6 aangelegd. Hele stukken gravel moeten we trotseren en op veel stukken mag er maar 50 worden gereden. Op de “rastplass” vlakbij Elsfjord staan al een aantal campers maar de meesten vertrekken later op de dag, wij blijven hier overnachten. We hebben nog een leuk gesprek met een leuk jong Nederlands koppel uit Ede die op weg zijn naar de Noordkaap. Gepke heeft ze uitgenodigd voor een kop koffie. Ze zijn met een heel klein tentje en afgelopen nacht is alles nat geworden en dat hebben ze hier gedroogd. Ze hebben het plan eens naar IJsland te gaan, dus aan gespreksstof geen gebrek. Het was weer een prachtige dag vandaag.
Dag 12. 21 juli. 345 km.
Eerst leek het weer goed. Maar toen we vertrokken begon het te regenen. Niet ernstig maar wel constant. Rond het middaguur werd het droog en hoe verder we kwamen hoe warmer het werd. Eerst de redelijk grote stad Mo I Rana waar we afweken van de E6 en via de E12 het binnenland in reden. Na 40 km passeerden we de Zweedse grens. Mooi landschap met veel meren en natuurlijk bos. De bedoeling is om richting Kirkenes te rijden. Dat is nog wel 1300 km verder, maar de weg voert ons door een overweldigende natuur met hoge bergen met sneeuw op de top op de achtergrond. Het is warm geworden 29°C. in Slagnäs gaan we bij een badstrandje aan het Naustajoure Vatn ons bivak opmaken. Nog een paar uurtjes van de zon genieten en kijken naar zwemmende kinderen en de dag was weer fantastisch.
Dag 13. 22 juli. 359 km.
Het begin van deze mooie zonnige dag is al goed, we zijn nog geen 10 km ver of er wandelt al een moeder rendier met kind voor ons uit, midden op de weg. Een paar honderd meter houd ze dat vol totdat ze toch maar besluit het veilige bos op te zoeken. Leuk deze eerste ontmoeting hier in Zweden. Later op de morgen zullen er nog een aantal volgen, zelfs een kudde van tenminste 10 staat aan de kant van de weg en in het bos. Ze zijn nauwelijks schuw, zijn dus mensen gewend. Ik zie er een op het erf van een huis rondscharrelen. Om half vijf passeren we de grens van Zweden en Finland, na eerst via een stuk snelweg de grote havenstad Lulea te zijn gepasseerd. De grenssteden Haparanda en het Finse Tornio lijken ook welvarende, moderne steden te zijn. 10 km verder in Kaakamo ontdekken we een leuke overnachting plek aan de Pohjanlahti (Botnische Golf) pracht uitzicht over het water. Er is een klein strandje waar een paar mensen zwemmen. Het is hier de tweede prachtige dag hier sinds weken vertelde een vrouw aan Gepke, bij een winkel waar we onderweg inkopen deden. Ze was er erg blij mee en raakte er niet over uitgesproken.
Dag 14. 23 juli. 430 km.
vandaag rijden we via de E75 door Finland naar het noorden. Na in Rovaniemi te hebben getankt, brengen we het onvermijdelijke bezoek aan Santa Claus. Die woont 5 km noordelijk van Rovaniemi, precies op de poolcirkel, hoe pikt ie het zo uit. Uiteraard is het daar een heksenketel. In een gigantische souvenirwinkel kun je de meest onzinnige dingen, tegen een enorm hoge prijs kopen. Zaken waarvan je nooit aan had gedacht ze nodig te hebben en ze in de toekomst ook niet nodig zult hebben. Afgezien van een stapeltje folders komen we dan ook weer met lege handen naar buiten. Via Sodankyla, Vuotsa en Ivelo rijden we richting Inari een klein dorpje aan het Inarijarvi, een groot meer. Onderweg zien we regelmatig rendieren aan de kant van de weg staan, even buiten ivelo steekt er zelfs een hele colonne van wel 30 dieren keurig bij een zebra de weg over. Ze hebben totaal geen haast, ze bivakkeren bijna op de weg, maar na wat drukken op de knop van de claxon zijn ze toch bereid iets aan de kant te gaan. Al snel zien we bij het water een prachtig plekje waar we gaan overnachten. Na het eten duiken we het heerlijk koele water in want het is weer een warme dag geweest. We wassen gelijk ons haar en de rest van het lichaam zodat we niet meer onder de douche hoeven te gaan vanavond. Het is een beetje gestuntel van deze oude mensen om over de keitjes het diepere water te bereiken. Maar het gaat toch lukken, Gepke gebruikt een wandelstok als ze gezien heeft welke capriolen ik heb gemaakt. Het moet voor de toeschouwers een vermakelijk schouwspel zijn geweest.
Dag 15. 24 juli.319 km.
Om half negen reden we weer noordwaarts op de E75. Een tiental km voor Neiden passeren we de grens Finland, Noorwegen en komen weer uit op onze oude vertrouwde E6. Juist op dit kruispunt is een machtige stroomversnelling met een verval van zo’n meter of 5. Er zijn een paar mannen bezig met het verschalken van grote zalmen. Ze hebben al een paar aan de wal liggen van zo’n 40 a 50 cm lang. Ze doen dat met behulp van schepnetten. Ze bieden de zalmen te koop aan de toeschouwers, maar daar hebben ze minder geluk mee. We pikken hier onze “power nap” en eten een broodje waarna we door rijden naar Kirkenes, een havenstadje aan de Berendzee. In 2003 waren we hier ook al eens en in onze herinnering was het een vieze ongezellige stad. Met veel roestige Russische vis trawlers. We zien nu maar 1 trawler en de stad is nu vrij modern. De Duitsers hebben in 1945 bij het terugtrekken de tactiek van de verbrande aarde toegepast en alles wat ze tegen kwamen vernield. Huizen in brand gestoken, elektriciteitsmasten met behulp van handgranaten neer gehaald en ook heel Kirkenes plat gebrand. Aan de Varangerfjord gaan we overnachten met uitzicht op het water
Dag 16. 25 juli. 218 km.
Aan de overkant van de fjord zien we het schiereiland Varanger liggen, de bedoeling is dat wij vandaag de weg aan de zuidkant in gaan rijden. Het is een doodlopende weg van 136 km lang en aan het eind ligt een klein dorpje, Hammingberg, daar willen we heen. Maar eerst doen we wat boodschappen in een Coop in Varangerbotn. Het is een klein winkeltje en de prijzen zijn schrikbarend hoog, maar we worden ontzettend vriendelijk geholpen en dat vergoed een hoop. De weg volgt de oever van de fjord en doet ons op bepaalde plaatsen heel erg aan IJsland denken. Oude verlaten huisjes zien we overal staan, maar plotseling valt ons oog op een vreemd gevormd bouwsel het blijk dat men van een oude boot een schapenschuur heeft gemaakt, heel schilderachtig staat hij aan de kant bij de zee. In Vadső houden we onze middag pauze en rijden dan door naar Vardő. De laatste 36 km naar Hamningberg is adembenemend mooi, de 3 meter smalle weg kronkelt door een grillig rots landschap. Gelukkig zijn er redelijk veel “passing places” dus bij tegenliggers moeten we even voorzichtig de berm in rijden, maar het gaat erg relaxed, iedereen houd rekening met elkaar. Regelmatig wil ik ook even een fotostop maken niet alleen voor het landschap maar ook voor de vele rendieren die tussen de rotsen een grassprietje proberen te verschalken. Hamningberg is een dorpje van ca. 30 huizen en is op last van de overheid omstreeks 1966 geheel ontvolkt, de reden is mij niet bekend maar het was een politieke of militaire reden waarschijnlijk. De weg hierheen gaat elk jaar pas voor de paasdagen open, en alle huizen zijn nu in gebruik als zomerhuis. Vroeger leefden ze hier van de visvangst maar nu is er geen bestaan op te bouwen hier in deze contreien. Even buiten het dorp is een grote parkeerplaats bestemd voor campers en caravans, wij sluiten ons daar bij aan. Na het eten gaan we nog een wandeling maken door het dorp en komen daar aan de praat met een echtpaar dat hier in een appartement, dat eigendom is van hun ouders, bivakkeert.Ze wonen in Bergen en we hebben een leuk gesprek met hen en worden veel gewaar over deze omgeving. Wat hier wel permanent woont is een kudde rendieren. Zeker 50 van die prachtige dieren zwerven rond en door het dorp en om onze camper. Ze zijn redelijk mak maar we kunnen ze toch niet al te dicht benaderen.
Dag 17. 26 juli. 320 km.
De gehele nacht heeft het geregend en dat zette zich de helft van de morgen door maar toen werd het droog en dat bleef het, wat zeg ik tegen vieren kwam de zon tevoorschijn en dat bleef ook zo. Het wordt hier niet donker, tegen elf uur begint het wat te schemeren. De bedoeling was dat we vanmorgen een wandeling langs de kust zouden maken maar door de regen viel dat letterlijk en figuurlijk in het water. We zijn maar aan de rit gegaan, de zelfde mooie route weer terug maar dan deels in de mist. Ik probeer toch nog een paar video’s te maken tijdens het rijden maar dat is geen succes. Na 136 km zijn we weer terug in Varangerbotn en rijden dan door naar Tana Bru. Dit is een gehuchtje bij de grote brug over de rivier de Tana. Men is bezig een nieuwe brug aan te leggen, hij is half klaar. We tanken hier en rijden vervolgens 133 km langs de brede Tana. Een mooie route, de rivier is tevens de grens met Finland. Bij een brug in Valjok ca 30 km voor Karasjok vinden we een plekje op een parkeerterrein aan de rivier. We staan hier alleen maar dat is niet erg, het is hier ontzettend rustig, zo ongeveer om de tien minuten komt er een auto langs. Verder is het hier doodstil. Zuurkool met Gelderse worst eten we, past goed bij dit warme weer. (23°C)
Dag 18. 27 juli. 333 km.
Licht bewolkt vanmorgen met prachtige wolken, het leken wel vliegende schotels, heel bijzonder. Tegen de middag trok de lucht wat dicht met donkere wolken maar veel regen is er niet uit gevallen. 40 km verder rijden we door Karasjok daar volgen we de E6 naar Lakselv aan de Porsangen fjord. Daar zien we eindelijk de zee weer eens. We rijden zo’n 60 km langs het water waarna we opnieuw de binnenlanden induiken. Onderweg zien we plotseling wel 30 rendieren over het strand lopen, eigenaardig wat hebben die daar te zoeken. De E6 is hier prima en niet druk. We passeren de afslag naar de Noordkaap. In 2003 zijn we hier naar boven gegaan om de kaap te bekijken. We hebben de ruim 200 km heen en terug er niet voor over om het nog eens te zien. De Noordkaap is zo’n punt waar je eens in je leven moet zijn geweest, het is er mooi, dat wel, maar niet mooier dan de rest van Noorwegen. Dit voorjaar waren we bij cap finistere, het meest westelijke punt van Spanje, cape Byron het meest oostelijke punt van Australië, landsend in Engeland en in Nieuw Zeeland stonden we op de datumgrens. Allemaal van die hoogtepunten in het kader van “eens in je leven” maar ook niet meer dan dat. Alta is een redelijk grote havenstad al lijkt het dat de haven niet veel voorstelt, zegge en schrijve 1 vrachtschip zagen we liggen. Als we meer zuidelijk afzakken ligt daar een splinternieuwe weg met veel tunnels. Als we bij Talvik uit zo’n tunnel komen zien we direct een klein haventje waar een paar campers staan op een uitstekende camperplaats. Perfecte voorzieningen en een magnifiek uitzicht over de baai. Hier blijven we vannacht.
Dag 19. 28 juli. 253 km.
Een stralende blauwe hemel zonder een wolkje, dat beloofd goed te worden vandaag. En dat klopt aardig, afgezien van de harde wind was het een prachtige dag. Geweldige route langs de Altafjorden, Sternjsund, Retrofjord en de Lyngen. We zien de meer dan 1200 m hoge besneeuwde bergtoppen die het magistrale landschap begrenzen. Het grootste deel van de route heeft uitstekende wegen en vele tunnels van 2, 3 en 4 km lang. Landschappelijk zijn die tunnels niet het mooiste gedeelte maar het schiet wel lekker op. Dat is overigens niet echt nodig want we hebben nog vijf en halve week te gaan. We moeten maar eens rustiger aan gaan doen, niet te veel km op een dag en af en toe een rustdag inlassen. Even voorbij Skibotn gaan we op een parkeerplaats aan het groene water staan voor de overnachting. Pannenkoeken staan er vandaag op het menu, het typische vakantie zondag gerecht dat Gepke te voorschijn tovert.
Dag 20. 29 juli. 128 km.
Niet zo heel gereden vandaag, we hebben een plekje gezocht aan de Noordzeekust. Gryllefjord is een heel klein vissersdorpje. Hiervandaan vertrekt er een ferry naar Andenes op de Vesteralen. Vooral de laatste 30 km over het eiland Senja is prachtig, een slingerweggetje tussen de hoge bergen en rotspartijen door, echt geweldig om hier te rijden. De weg is wel wat smal dus af en toe moeten we wat schipperen met tegenliggers. Het is schitterend mooi zonnig weer met wel een stevige wind. We zijn hier al op tijd en we genieten dan ook van een boekje buiten op een bankje met uitzicht over de zee, we kijken richting IJsland.
Dag 21. 30 juli. 193 km.
Het kan niet op hier in Noorwegen, opnieuw beloofd het een zonnige dag te worden. Terug over het eiland Senja is even mooi als de heenweg. We zijn vannacht alleen gebleven, wel kwam er tegen acht uur gisteravond nog een Noorse camper naast ons staan met 4 jongelui erin. Maar die reden na een uurtje, met achterlaten van een hoop rommel, weer weg. Jammer, dit soort mensen verpesten het voor de goed bedoelende camperaars. In Finnsmes doen we nog even inkopen en slaan dan weg nr. 84 in richting Fossbakken. Een mooie route waar we ook nog een niet al te hoge pas over moeten. We komen weer uit op weg nr. 6 maar niet al te lang want na 15 km rijden we al weer naar de Gratangen fjord. Hier vinden we na 6 km bij een nieuwe hoge brug een camperplaats waar al 12 campers staan, hier genieten we nog een paar uurtjes van de zon.
Dag 22. 31 juli. 107 km.
We slingeren over de bergen langs de fjorden, door dorpkes die die naam niet mogen dragen en arriveren tenslotte in Harstad aan de Vägsfjorden. Het is voor Noorse begrippen een vrij grote moderne haven stad. We zien er een groot cruise schip in de haven liggen. Maar een plaatsje om te parkeren en te eten vinden we er niet dus programmeer ik op Kasfjord waar we bij een begraafplaats in het bos ons broodje opeten. Daarna rijden we nog 7 km door naar Brimnes waar een camperplaats is. Hier blijven we de rest van de dag genieten van onze boeken. Wel binnen in de camper want ondanks dat het schitterend weer is maakt de harde wind het te koud om buiten te zitten.
Dag 23. 1 augustus 124 km.
De gedachte om even snel naar Sortland te rijden komt niet uit, het is niet zoveel km maar onderweg blijkt dat we met een pont over de Gullesfjorden moeten varen. Een half uur later en nog twintig minuten varen, daarnaast € 29,- armer en we kunnen weer achter het stuur kruipen. Dan gaat het verder vlot, 30 km verder rijden we de lange hoge brug naar Sortland over. Een kleine 60 km verder komen we , via Myre, aan op het einde van de weg, in het historische havenplaatsje Nyksund. Het ligt op een eilandje dat met een korte dijk verbonden is met het vaste land. Voor de dijk is een kleine parkeerplaats waar we mogen overnachten. Veel bedrijvigheid is er niet in de haven en ook de houten gebouwen rondom het kleine haventje schijnen niet meer in gebruik te zijn afgezien van een paar restaurantjes en galeries. Wel is er in zo’n oud gebouw een bric & brac winkel gevestigd. Hier struinen we wat rond tussen een allegaartje van oude gebruiksvoorwerpen, gereedschappen, boeken en schilderijen. Heel veel herkenbare voorwerpen zien we hier maar het meest spreekt ons aan de oude foto’s van bewoners en kiekjes van de bedrijvigheid in het vissersdorpje van pak weg 100 a 150 jaar geleden. Het moet in die tijd een hard bestaan zijn geweest te oordelen naar de ruige kleding en de primitieve werktuigen die met gebruikte om de gevangen vis te verwerken. Vanaf Nyksund is een bekende wandelroute uitgezet naar het noordelijker gelegen dorpje Stő. Heen langs de kust en terug door de bergen. Deze, 15 km lange, route was de favoriete wandeling van koningin Sonja omstreeks 1990 en is dan ook genoemd “de Queens path”. Wij lopen er een heel klein stukje van maar als de weg begint te stijgen raden onze benen en gewrichten ons aan terug te keren naar ons huisje, gezagsgetrouw als we zijn luisteren we naar deze wijze raad. Op de parkeerplaats is het een komen en gaan van auto’s en campers die wandelaars uitspuwen, welke naar verloop van enige tijd weer terug komen en vertrekken. Uiteindelijk blijven we met een paar auto’s en drie campers staan.
Dag 24. 2 augustus 179 km.
9 °C was het toen we opstonden en bewolkt. Dat betekend dus een jas er bij. Je gaat naar Noorwegen met vakantie en dus hou je rekening met wisselend weer. De gravelweg met het prachtige uitzicht terug gereden naar Myre, daar hebben we de haven bekeken ,maar daar was niet veel plezier aan te beleven. Grote opslag hallen van vis verwerkingsbedrijven. Bij een daarvan zagen we nog wel grote pallets met stokvis staan. Daar schijnt dus nog wel handel in te zitten. Terug richting Sortland, maar halverwege afgeslagen naar het westen, het schiereiland Langőya op. De hoge spitse bergketen lacht ons al toe, dat beloofd een mooi landschap te zijn en die schijn bedriegt niet. Fantastische rit langs de zee, meren, bossen en steile rotswanden. Dit is weer genieten. We ronden het hele schiereiland en rijden af en toe een weggetje naar de zee in naar een piepklein haventje waar vaak een paar plastic bootjes en een half verrot vissersscheepje liggen. Die kleine vissertjes kunnen niet op tegen de grote krachtige trawlers die de vis met tonnen tegelijk uit het water scheppen. Helaas zie je dat terug in de desolate haventjes. Wat was het niet leuk, jaren geleden, om te kijken bij de bedrijvigheid van die vissers als ze hun buit aan wal brachten. Niet alleen hier in Scandinavië, maar ook zien we het gebeuren in de havens aan de middellandse zee. In 2014 hebben we in Sortland een propaanfles laten vullen. Nu we over zijn gestapt op LPG proberen we het bij het zelfde vulstation ook nog eens en dat lukt. In Sortland is aan de rand van het centrum een camperplaats waar we ons nestelen, in de avond maken we nog een korte rondwandeling door de stad, maar het is volkomen uitgestorven en met z’n moderne gebouwen ook volkomen karakterloos. Het was weer een prachtige dag, ook het weer knapte behoorlijk op na een uur of drie scheen de zon alweer uitbundig.
Dag 25. 3 augustus 129 km.
Vanuit Sortland zijn we eerst 17 km terug gereden naar Strande en daar links af geslagen langs de west kust van dit eiland. Een smalle weg met voldoende “passing places” aan de overzijde van de fjord zien we weer de grillige toppen van de bergen. Uiteindelijk komen we weer uit op de hoofdweg bij Stokmarknes. Direct zien we vanaf de hoge brug reeds een van de schepen van de Hurtigerute bij hun museum op de wal ligt. Het is zaterdag en dus tijd voor activiteiten van de plaatselijke bevolking. We wandelen nog even door het dorp en horen dat er op dit moment een marathon rond het eiland gaande is. En inderdaad rijden we veel renners achterop als we het eiland Hadseloya ronden, dit moet zo ongeveer 35 km zijn, een flink eind om helemaal hard te lopen.
In Melbu nemen we de ferry over de hadselfjorden naar Fiskebol. Voor dat we aan boord gaan maken we kennis met een Spaans echtpaar die op Tenerife wonen en op hun ligfietsen een tocht maken van de Canarische eilanden naar de eilandengroep van de Lofoten. In 2018 hebben ze daar 6000 km van afgelegd en deze zomer zijn ze de dus aangekomen op de plaats van hun bestemming. Heel knap hoor, zij is 50 jaar en hij 54. Ze werken een half jaar en dan gaan ze een half jaar op de fietstryck aan de rit. Ook dit eiland willen we de westkust gaan volgen maar dat zal niet helemaal lukken omdat er op het zuidelijke gedeelte geen weg meer is. In Laukvik brengen we de middag door aan de haven, waar ik probeer nog een visje te verschalken. Maar zoals gebruikelijk lukt dat ook vandaag niet. Tegen zessen rijden we 10 km terug naar Grunnfør, daar is een camperplaats aan de zee. Een heel gezellige plaats met een uitzicht toren en een klein hokje dat “Rolfs Bar” wordt genoemd. In het hutje van nog geen 2×5 meter is het heel sfeervol ingericht, met een barretje waarin je je zelf moet helpen. Tot onze verrassing zijn de Spaanse globetrotters hier ook aangekomen. Het is hun bedoeling om boven in de uitkijktoren te gaan overnachten, dan hoeven ze hun tent niet op te zetten.
Dan hebben ze een miljoen sterren hotel. Verder staan we maar met 4 campers en een stuk of wat tent kampeerders. Volgens de berichten moeten hier af en toe ook elanden en zeearenden te spotten zijn. Echt een aanrader dit plekje. Code van campercontact is 67971.
Dag 26. 4 augustus 206 km.
Na nog een tijdje met onze Spaanse bekenden te hebben gepraat gaan we aan de rit. Eerst naar Svolvaer, langs de kathedraal die we de vorige keer al hebben bekeken, vervolgens naar Henningsvaer een oude vissershaven. De weg erheen is landschappelijk bijzonder mooi zo langs de kust. Vlak voor de eerste brug hebben we de vorige keer de nacht doorgebracht, we waren toen samen met Anita, Tjerk, Dieuwke en Mats. Oude herinneringen komen dan weer boven. In het dorp zelf is het verschrikkelijk druk en we kunnen geen parkeerplaats voor de camper vinden en daarom rijden we maar door. Bij Klepstad rijden we de brug over, de eerste keer dat we hier waren was hier nog een pont. We slaan direct links af en rijden naar Hovsund. Ook hier hebben we een speciale herinnering aan. Hier hebben we destijds overnacht helemaal aan het einde van de lange strekdam die de haven beschermd tegen de Atlantische deining. We hadden ontdekt dat we daar de camper konden keren en daarom besloten er te blijven. Een heel bijzondere plaats, zo omringd door het water. We hebben bij de haven onze lunch gebruikt. Ik kwam hier in gesprek met een bewoner die mij vertelde dat de vele lege droogrekken die daar staan wel degelijk nog in gebruik zijn. Maar dan alleen in de winter, in Januari, Februari en maart wordt hier nog Stokvis gedroogd. Die word dan verkocht naar Italië maar de koppen worden hier ook gedroogd maar die gaan naar Nigeria waar ze worden gegeten, heel bizar. Als we verder rijden komen we langs Borg waar een groot Viking museum is, maar ook die hebben de vorige keer al eens bekeken maar het is wel een heel interessant museum. Het is er ook weer razend druk. De grote parkeerplaats staat helemaal vol. O.a. een grote groep Italiaanse campers die we al eerder deze middag als een lange colonne voorbij hebben zien rijden. Het lijkt mij verschrikkelijk om je hele vakantie in zo’n colonne van ruim 20 campers te moeten rijden. 12 km verder rijden we een zijweg in naar Uttakneif waar een pracht zandstrand is met een camperplaats erbij, wij pikken het laatste plekje in.
Dag 27. 5 augustus 123 km.
We verlaten Uttakneif en tuffen heel langzaam in zuidelijke richting. Het word steeds drukker langs de weg. Ik zie plotseling de afslag naar Nusfjord en sla impulsief linksaf. Het bracht spontaan dierbare herinneringen bij mij naar boven. Hier zijn we eerder geweest en het heeft indruk op ons gemaakt. De route loopt deels langs de Nappstraumen en een paar meren omzoomd door een paar bijna 1000 m hoge spitse kale bergen is werkelijk fabelachtig. Het dorpje bestaat hoofdzakelijk uit rode houten huizen die op palen deels in het water staan. Het is duidelijk dat het geheel als resort word geëxploiteerd, de meeste huizen worden als appartementen verhuurd. Verder zijn er wat galeries, restaurants en cafés. Een soort steiger verbind de huizen als aan een boulevard met elkaar. Oude elementen zoals ankers, kraan lieren, bossen touw en dikke trossen maken er een sfeervol maar wel een beetje kitscherig geheel van. We hebben niet de indruk dat er veel van de huizen verhuurt zijn want we zien maar een paar mensen lopen. Wie wel veelvuldig aanwezig zijn zijn de meeuwen. Die maken een herrie van jewelste en veel nestelen op de daken en in de raamkozijnen van de oude huizen. Het is herkenbaar aan de grote witte vlekken van uitwerpselen er onder. Omstreeks het middaguur rijden we door Sakrisøy, een serie kleine eilandjes verbonden door middel van de hier bekende hoge bruggen. Allemaal zijn ze volgebouwd met huizen en vissers hutten. Daar tussen is de overgebleven ruimte volgebouwd met droogrekken voor stokvis. Al die rekken zijn nu natuurlijk leeg. Dan zien we “Anita’s Seafood restaurant” ons bekend van de vorige keer hier. We hebben er toen heerlijke kibbeling gegeten. En omdat het etenstijd is stoppen we en eten er op het terras boven het water elk een fishburger, heerlijk maar niet goedkoop, zoals niets hier in Noorwegen goedkoop is. Dan rijden we door naar Å dat is het meest zuidelijke dorpje van de Lofoten waar we kunnen komen met onze camper. Op de grote parkeerplaats, die alleen via een tunnel bereikbaar is, treffen we weer de 20 Italiaanse campers. De P. is daar bijna voor de helft vol mee. We maken nog een wandeling door het kleine ons wel bekende dorpje en rijden dan weer terug om een plekje voor de nacht op te zoeken. Dat lukt nog niet zo gemakkelijk want we zijn natuurlijk de enigen niet waardoor men hier heel fanatiek bezig is op alle, daarvoor in aanmerking komende, plekjes te voorzien van bordjes “No Camping” uiteindelijk nemen we de afslag naar Fredvang, waar we bij een hoge brug een camperplaats ontdekken. Deze plek heb ik in 2003 zelf ontdekt en aangebracht bij CC (campercontact). Nu is het officieel en kost € 7,= . en inmiddels is er een hoge brug gebouwd waar we nu bijna onder staan. Toen we hier in 2003 stonden kwam er een klein bootje langs varen volgeladen met twee Duitsers die tot aan hun knieën in de dikke kabeljauwen zaten. Toen ze mij op de wrakke steiger zagen staan vroegen ze of ik belang had bij een paar vissen, ja natuurlijk wel. Dus even later stond ik bij een rotsblok die vissen te slachten, heerlijk. Ik probeer nu dus zelf ook weer eens m’n hengel uit te gooien, wat ook lukt, alleen hebben de vissen daar maling aan en kijken kennelijk een andere kant op als mijn aas voorbij komt. Het was weer genieten van het prachtige warme weer vandaag. Alleen dank zij de wind konden we niet buiten zitten.
Dag 28. 6 augustus 172 km.
Het beloofd weer een stralende dag te worden vandaag, zonnestralen bedoel ik dus. We rijden weer richting noord naar Leknes waar we afslagen naar het oosten om de kustweg te gaan volgen i.p.v. de E10. Het is een mooie weg die eerst een stukje door het binnenland voert en verder langs de kust. In Stamsund gaan we een paar boodschapjes doen en schrikken ons opnieuw dood van de hoge prijzen hier. Soms hebben we de indruk dat we hier het dubbele betalen t.o.v. Nederland. Als we het dorp uit rijden zien we een bij een galerie een oude fiat 600 staan. Het is echter een in Duitsland geproduceerde fiat en heet dan ook Neckar. Achter het stuur zit Donald Trump en naast hem Kim jun il en met een heel onschuldige uitdrukking op z’n gezicht ontdekken we Poetin opgevouwen op de achterbank. Onder de auto steken een paar benen uit alsof Trump zojuist iemand heeft overreden. De eigenaar van de galerie, kunstschilder Ulf M. zit koffie te drinken voor z’n zaak en we raken direct in een geanimeerd gesprek. Leuke kerel van een jaar of 65 en we hebben direct een klik. Hij nodigt mij uit om z’n schilderijen te bekijken, dat zijn allemaal schilderijen met een knipoog. Hij heeft kennelijk iets met Trump want een schilderij spreekt mij direct aan, het is heel eenvoudig maar toch heel treffend. Namelijk op een zwarte achtergrond zie je het hoofd van Trump waarvan het haar naar links waait met daarnaast de Amerikaanse vlag die naar rechts waait. Ik haal Gepke er gauw bij zodat die ook kan genieten van al die bijzondere schilderijen. Een paar kilometer verder vinden we een leuk plekje aan de fjord voor de lunch en een paar uurtjes rust, genietend van de zon. Als we een plekje voor de nacht zoeken komen we terecht vlak bij Henningsvaer. Dat zou een CP zijn maar een bord geeft aan dat het verboden is er te overnachten. We besluiten dan door te rijden naar het plekje in Grunfor waar we 3 dagen geleden ook zo fijn stonden.
Dag 29. 7 augustus 235 km.
weer stralend weer vandaag. De bedoeling is om vandaag naar Narvik te gaan. Een mooie rit. Het eerste uur geen tegenliggers gehad, als we een kudde koeien niet meerekenen natuurlijk. Ze waren erg rustig, over aan de kant gaan moesten ze echt even nadenken. Maar goed we hebben geen haast. Bij Fiskebal komen we weer uit op de E10 en rijden een paar km terug richting Svolfaer en krijgen dan een afslag richting Narvik. De eerste dertig km rijden we door de ene na de andere tunnel, een aantal van 1,5 tot 2,5 km maar ook een van 8,6 maar daar tussen in was het landschap mooi.
We rijden uiteindelijk over de enorme brug over de Vägsfjorden. De rest van de weg is uitstekend dus we kunnen prima opschieten tot Narvik. Daar eerst wat voedsel in geslagen en door naar de camperplaats 13 km verderop aan de Herjansfjorden. Hier staan we nu voor de derde maal. Er is hier een oorlogsgedenkteken, er is namelijk in april mei 1940 een harde zeeslag geleverd hier in de fjord, waarbij veel oorlogsschepen naar de kelder zijn gegaan. Vlakbij Narvik zagen we nog een boeg van een wrak boven water uitsteken.
Dag 30. 8 augustus 96 km.
We laten Narvik achter ons en rijden heel rustig verder op de E6, vandaag willen we rustig aan doen, het is zulk mooi weer en we hebben immers nog 4 weken voordat we thuis verwacht worden. Bij Skarberget wachten we een half uur op de ferry die ons over de fjord naar Bognes zal gaan brengen. 25 minuten duurt de vaart en nadat we ons fruithapje hebben genuttigd, rijden we verder. Bij Hamroy zien we bij een meer een klein strandje en een stukje gras waar precies een camper op past. Hier gaan we ons broodje opeten besluiten we. Het is zulk mooi weer dat we in onze luie stoelen in slaap vallen. Dat luieren bevalt ons zo goed dat we spontaan besluiten om hier verder te blijven staan en pas morgen weer verder te rijden. Fijne relaxte dag. Er komen nog mensen met kajaks die een rondje op het meer maken en later in de avond nog een ander koppel met een Canadese kano die ook een rondje gaan maken.
Dag 31. 9 augustus 195 km.
Bodø is geprogrammeerd en daar rijden we vandaag dus heen. Het landschap wordt allengs wat ruiger en de bergen hoger. Toppen van 1200 mtr. En zelfs boven de 1500 zien we verschijnen op onze rit. Dit betekend ook dat we steeds meer tunnels door rijden. Naar schatting zo’n 15 tunnels van 200 maar ook van 4600 m lengte rijden we door. Het is steeds weer verrassend want niet altijd staat de lengt aangegeven. De weg is steeds prima en veel stukken schijnbaar gloednieuw want Tom weet er soms geen raad mee, het lijkt soms of we door het bos rijden en dan weer over de top van een berg. Maar we komen toch heelhuids aan op de camperplek boven op een berg even buiten Bodø, midden in een wandelgebied en een prachtig uitzicht oven de zee richting de Lofoten. We zien dan de zon ook weer oranjerood ondergaan. We maken ook nog een fijne wandeling langs een paar kleine meertjes waar een paar jongens in aan het zwemmen zijn. Veel mensen komen hier kijken naar de ondergaande zon, het is dan ook een komen en gaan van auto’s. er is een echtpaar uit Brabant naast ons komen staan waar we nog gezellig een uurtje mee hebben zitten keuvelen.
Dag 32. 10 augustus 178 km.
Weer zonnig dus met een vrolijk gezicht aan de rol. Een paar boodschappen gedaan in Bodø en dan de dertig km naar de Saltstraumen. We parkeren de camper op de P. en wandelen het paadje af naar de onderkant van de brug, waar je enorme stroming het beste kunt bekijken. We treffen het niet erg want het is doodtij wat betekend dat er niet veel draaikolken in het water zijn. 2 vissers staan er wel want het is bekend dat hier ontzettend goed gevangen kan worden. Nou dat treffen we want een oude visser krijgt juist beet als wij er aan komen. Hij heeft erg veel moeite om het beest naar de kant te krijgen. Op een gegeven moment moet hij zelfs op z’n buik gaan liggen om de vis achter z’n kieuwen te kunnen pakken. Maar het lukt hem om de enorme kabeljauw de wal op te sleuren. Een vis van zeker tachtig cm lang en waarschijnlijk wel tien kilogram zwaar. Apetrots staat de Noorse visser met z’n buit te showen. De man trilt helemaal van de emoties, wat wel begrijpelijk is. Ik hoop nooit zo’n joekel aan de hengel te krijgen. Maar toch leuk om het iemand anders te zien overkomen. We rijden door het prachtige landschap naar Rognan, waar we weer op de E6 uitkomen. Deze route is vergeven van de schapen die aan de kant van de weg tegen de vangrail in hun eigen stront liggen te herkauwen. Meer dan honderd zien we sommige liggen heel ongegeneerd bijna midden op de weg. Op de E6 zien we nog een vos over de weg heen rennen, tenminste we denken dat het een vos is maar hij is wel erg zwart. We rijden over de hoogvlakte de van het Svartisen nationaalpark naar de poolcirkel waar we parkeren en zullen gaan overnachten. Omstreeks vier uur betrok opeens de lucht en viel er heel kort een enorme regenbui op ons dak, maar het was ook plotseling ook weer over. Maar er bleef wel meer bewolking hangen, zal dit een omslag betekenen?
Dag 33. 11 augustus 216 km.
Grote plassen staan er op het grote parkeerterrein van de poolcirkel. Vanmorgen vroeg is het begonnen te regenen en ook nog een heel harde wind erbij. Onguur weer zeg maar, het lijkt wel herfst. Als je daar ook nog het desolate landschap van de Svartisen bij optelt zou het zo een scene in een sir. Conan Doyle verhaal passen. Maar niet getreurd we gaan aan de rit. 45 km is het naar Mo I Rana, waar we op de heen weg rechtsaf zijn geslagen richting Zweden. Nu slaan we weer rechtsaf, maar nu betekend dat dus dat we naar de oceaan rijden. Een mooie route langs de fjord waar we van genieten, dan met een pontje erover heen van Sandnes naar Levang. Als we de overtocht willen betalen werkt mijn pasje niet maar ook die van Gepke vertikt het 368 nok zouden we moeten betalen, wat dus niet lukt. Bij niemand trouwens. Dus aan boord gereden en iedereen wordt naar de salon verwezen waar een andere beambte met een ander apparaat het nog eens probeert. Nu lukt het wel maar moeten we opeens 199 nok betalen. Als dat is ingetypt zegt Gepke dat we pensioners zijn. De beambte moppert iets van “had dat nou direct gezegd” maar dan in het Noors en er gaat nog eens 27 nok af. We kunnen er geen touw meer aan vastknopen. Maar we komen wel heelhuids aan de overkant. Inmiddels is het wel stralend weer geworden 24 °C. Km verder vlak voor de volgende pont gaan we op een heel rustige overnachtingsplek staan waar we nog een paar uurtjes buiten kunnen zitten. We hebben heel rustige buren want de P. is naast een kerkhof.
Dag 34. 12 augustus 95 km.
Regen op ons dak vanmorgen, niet leuk maar het duurt gelukkig niet lang. Aan de rit naar Tjőtta waar de pont overvaart naar Forvik. Een tochtje van 45 minuten. De ferry ligt er al en de laatste bus rijdt er net op, we hebben nog twee minuten, “Just in Time” dus. Dan is het maar 17 km naar de volgende ferry in Andalsvågen. De tour is langer en dus ook duurder. 45 minuten varen tussen de eilanden door, een hele mooie tocht. We komen hier aan op het eiland Sőmna. We rijden eerst naar het stadje Brőnnőysund waar we de camper parkeren op de P. van een supermarkt. We gaan aan de wandel door de hoofdstraat met een serie heel moderne winkels en winkelcentrums.We kiezen een restaurantje aan het water waar we een heerlijke schnitzel met frieten bestellen, want vandaag, 12 augustus, is Gepke 80 jaar geworden en dat vieren we met een etentje buiten de deur. Het valt er goed in deze malse schnitzel. In de folders, die we in de touristoffice hebben gehaald, zien we dat aan het eind van een uitloper van dit eiland een berg is met een gat erin. De Torghatten mountain heeft een gat dwars door de berg heen van 160 meter lang 35 meter breed en 20 meter hoog. Van een afstand kun je daar dus dwars door de berg heen kijken. We rijden er wel heen maar wagen het toch niet om het steile pad helemaal omhoog te klauteren, dat is net even te veel gevraagd van deze 2 tachtig jaar oude besjes. Jaren geleden zouden we daar geen moeite mee hebben gehad maar met die krakkemikkige knieën van ons durven we het niet meer aan. Daarom rijden we door naar Berg een dorpje zo’n 20 km verderop waar we bij een brug over een wild stromende rivier een plaatsje “with a View” vinden voor onze camper. Later komt er een ouder Duits echtpaar met een personenwagen bij ons staan die hun tentje hier opzetten, wel stoer hoor om op je 65st. nog zo primitief op reis te gaan, respect. Een andere Duitse visser beproeft in de rivier z’n geluk en dat heeft hij want hij haal drie enorme forellen boven water.
Dag 35. 13 augustus 250 km.
Regen, regen, regen, de gehele dag. Af en toe hadden we de verwachting dat het op zou klaren, maar die verwachting kwam steeds niet uit. Misschien is dat de reden dat we maar door bleven rijden. De eerste ferry in Vennesund stond op punt van vertrekken toen we aan kwamen rijden, dat was even geluk hebben. Twintig minuten varen was het naar Holm en dat voor € 34,80. Het eerste stuk zagen we vooral veel koeien, wat duidelijk aangeeft dat dit gedeelte van Noorwegen bekend staat om de grote melk productie. De melk gigant Tine is dan ook op dit eiland gevestigd.
25 km verderop word het grasland langzaam maar zeker ingeruild voor bossen bergen en meren. De bochtige maar uitstekende weg slingert door een adembenemend landschap, je wilt blijven fotograferen. Maar het bekende gezegde is “de werkelijkheid zegt meer dan duizend foto’s” wij proberen dan ook om de voorbij flitsende beelden in ons geheugen op te slaan, in de hoop dat ze we ze later weer naar boven kunnen halen. Dat zal waarschijnlijk nooit helemaal gaan lukken. Onderweg tijdens de lunch stop staan op een parkeerplekje waar een bibliotheek is gebouwd, nou ja het is meer een tuinschuurtje waar je zelf een boek kunt omruilen. We vinden in Camper Contact weinig plaatsen in deze streek, de enige die ons leuk toe lijkt is in Osen aan de kust, maar wel 138 km verderop. Toch besluiten we, onder invloed van het vochtige weer, daar heen te rijden. De E715 is belabberd, veel kuilen en scheuren in het wegdek. Maar daar wordt aan gewerkt, op willekeurige stukken zijn ze aan een nieuwe weg begonnen. Bij de hoge brug in Osen staan reeds 4 campers waarvan 2 Nederlanders, wij zijn dus degenen die het evenwicht in het voordeel van Nederland veranderd.
Dag 36. 14 augustus 170 km.
Een praatje gemaakt met onze buren over het weer, vissen en de natuur van Noorwegen in het algemeen. Tot besluit kwamen de dames aandragen met een stapel Nederlandse lectuur waar we een paar dagen mee zoet zullen zijn. Eerst nog wat regenachtig vanmorgen maar na de middag werd het redelijk zonnig weer, wat zijn we weer bofkonten. We volgen zo goed mogelijk de kustlijn door dit mooie land. Dat valt niet altijd mee dus maken we bij Botngärd een afzwaaier naar Lysőysund en daarna via Boldfjord weer terug naar Botngärd. Dan is het nog maar een klein eindje naar Brekstad. Nou ja een stad is het niet echt meer een gehuchtje. Maar er staan wel veel moderne gebouwen zoals een imposant winkelcentrum. Wat ons wel opvalt dat we ontstellend weinig mensen zien lopen, ook in het winkelcentrum is het heel erg rustig plus dat er ook veel winkels leeg staan. Niet een erg goed teken. We parkeren pal naast de afvaart steiger van de ferry, waar we de boten met de regelmaat van een kwartier ongeveer zien aankomen en ook zo snel mogelijk weer vertrekken naar Valset aan de overkant. Morgen gaan wij ook mee, maar voorlopig genieten we nog even van de ondergaande zon.
Dag 37. 15 augustus 145 km.
Geen wolkje in de lucht, dat lijkt goed en het blijft goed, de gehele dag. Om negen uur reden we al de ferry op en een half uur later waren we aan de overkant. De 55 km lange weg naar Orkanger voerde hoofdzakelijk langs de kust van de Trondheim fjorden, heel mooi en niet erg druk. Ruim voor Orkanger sloegen we af de E36 in. De eerste 25 km was een volkomen nieuwe weg, waar ze hier en daar nog mee aan het werk waren. Het gaf een beetje verwarring omdat op mijn zeer oude kaart het weg nummer nog 71 was. Aan de Vinjefjord vonden we een leuk plaatsje aan het water waar gegeten, gerust en gedoucht hebben. Nadat we de Valsofjord waren gepasseerd hebben we het wel gehad en gaan op een camperplaats Liabo staan en genieten nog een paar uur van de zon.
Dag 38. 16 augustus 217 km.
Grauw weer dat na de middag opnieuw wijzigt in licht bewolkt. Al gauw bereiken we weer een pontje, nog tien minuten dan vertrekt hij naar de overkant. Gepke denkt dan kan ik nog wel even koffie zetten. Ja, vergeet het maar even later krijgen we het sein om aan boord te rollen. Drie paar handen heeft ze nodig om alles vast te houden, maar dankzij dat ik heel langzaam rij komen we zonder vlekken aan boord. 30 minuten duurt de overtocht. We programmeren op Sunndalsőra waar we zes jaar geleden met pech in de garage hebben gestaan. Nu gaat alles goed en kunnen we doorstomen naar een camperplekje aan de fjord nabij Isfjorden. Onderweg kwamen we een ongeveer 5 km lang stuk tegen waar zo ongeveer om de 500 meter een fel gekleurde fiets aan de kant van de weg zagen staan, allemaal met een leeg waterflesje aan het frame gebonden. De een of andere creatieve geest heeft daar kennelijk plezier in gehad. Tijdens de thee stop stonden we bij een heel mooi huis, ik kon niet nalaten er een foto van te nemen. Rustige plek zo aan het water en ik kan het niet laten, ik gooi nog een hengeltje uit. Weer zonder resultaat overigens. Toch hebben we zalm op ons bord, maar dat kwam uit de supermarkt.
Dag 39. 17 augustus 118 km.
Op naar de Trollstigen, een van de toeristische hoogtepunten hier in Noorwegen. Het is landschappelijk een geweldig mooie weg tegen de berghelling omhoog. 10% hellingen voornamelijk en een groot aantal haarspeldbochten. Het is nu de derde maal dat we deze weg nemen maar het blijft elke keer weer een belevenis. Boven hebben we wat rond gekeken bij het hypermoderne uitzichtpunt. Het is prachtig aangelegd en uiteraard vreselijk druk met toeristen maar de sfeer van jaren geleden is er niet meer. De oude blokhutten zijn verdwenen. Het uitzicht op de bergen en de weg naar boven is natuurlijk nog steeds hetzelfde. Fantastisch in een woord. De bergaf in zuidelijke richting is veel minder steil maar toch ook spectaculair. We moeten nog een pontje over om in Geiranger te komen. Ook de weg daar heen is gelijkwaardig aan de trollstigen, ook met veel haarspeld bochten tegen de bergen omhoog. Het was weer een geweldige dag vandaag, ondanks het wisselde weer. Bewolkt met af en toe wat regen maar ook zonnige perioden. Op de splitsing Lom > Stryn vinden we een overnachtingsplek hoog in de bergen bij langevatn, een bergmeer. Uiteindelijk staan we hier met een stuk of tien campers.
Dag 40. 18 augustus 185 km.
Prachtig weer vandaag om mee te beginnen. Vanmorgen kwam er nog een Nederlandse camper naast ons staan. Die zijn we de rest van de dag 3 keer tegen gekomen, maar ja we rijden immers de zelfde richting uit dus zo bijzonder is het dan ook weer niet. We rijden de zestig km naar Lom over de hoogvlakte, deels langs een wild stromende rivier. In Lom is het een heksenketel, zo druk. Er staat een staff kerkje, die we al eens eerder hebben bekeken. Deze keer lopen we er nog eens met plezier omheen. De begraafplaats (Kirkegard) ziet er keurig verzorgd uit bij alle grafzerken staan kleurige bloemen. Een vrolijk kerkhof dus. We rijden de 55 in naar het zuiden en al snel gaat het omhoog, ook weer met een wilde rivier naast de weg. Wel heel leuk dat woeste heldere water.
Na zo’n 20 km komen we langs Elveseter. Dat is een hotel restaurant gehuisvest in een van oorsprong boeren behuizing. Het bestaat uit tiental verschillende houten huizen. Blokhutten zijn het, gemaakt van complete boomstammen. Het is heel smaakvol ingericht, het lijkt wel een klein dorpje. Overal aandachttrekkers in de vorm van houten beeldjes, sculpturen en grappige vondsten. Ook staat er een 32 meter hoge zuil die in 1992 is opgericht ter ere van de samenvoeging van Noorwegen in 872 AD. We rijden steeds hoger de berg op. Daar, op de Sognefell, gaat het steeds omhoog en weer naar beneden. De pas is 2069 meter hoog. De weg naar beneden is zeer steil met wel 50 haarspeld bochten, we kunnen het aan de remmen ruiken dat die het zwaar hebben. Gelukkig komen we zonder problemen beneden. Ik rij liever een pas omhoog dan naar beneden. Bij Fortun komen we uit bij de Lustra fjorden, de weg loopt constant vlak langs de oever en we vinden maar geen plekje om te overnachten totdat we in Gaupne naar de haven rijden. Op de buiten gebruik zijnde 100×100 meter grote kade gaan we in het hoekje bij het water staan. Het is een prima plaatsje met wel wat grote bedrijfsgebouwen maar we kijken uit over de fjord en de hoge bergen op de achtergrond. Heel wonderlijk is het wel dat tegen negen uur er nog een camper pal naast ons komt staan. Er kunnen hier wel tweehonderd campers staan, waarom dan op een meter afstand van ons gaan staan?
Dag 41. 19 augustus 78 km.
Regen en laaghangende mist, daar worden we mee wakker. De planning is om vandaag het Jostedal te gaan verkennen en oude herinneringen op te halen. In 1981 zijn we hier geweest met onze eerste camper(tje). Na vele vakanties met een vouwcaravan heb ik in 1979 een nieuwe VW transporter gekocht die ik in de loop van 1979/80 heb omgebouwd tot camper met een hefdak. We hadden elkaar beloofd om de eerstvolgende vakantie daarmee naar Noorwegen te gaan. We zijn toen vanuit Gjerde, aan het eind van het Jostedal, naar de Jostedalsbreen gletsjer gelopen. Onderweg moesten we een eind met een bootje over het gletsjermeer varen. En het laatste stuk zelfs met behulp van touwen tegen een steile wand omhoog klauteren. Dit lijkt ons, nu we beide 80 jaar zijn, maar niet weer te gaan doen We rijden door het prachtige dal langs de woeste rivier naar het infocentre in Gjerde. Dit prachtige gebouw dat in 1993 is gebouwd en in 2011 afgebrand. Herbouwd in 2013 is er nu een restaurant en een permanente expositie over de klimaat verandering en meer specifiek over het smelten van de gletsjers. Het is 30 km vanaf Gaupne en omdat het de gehele dag al regent besluiten we daar heen terug te rijden en opnieuw aan de haven te gaan overnachten, prima plekje toch. De rit is op een aparte manier toch heel fascinerend geweest. De laaghangende mist die boven de rivier hangt, de hoge steil bergwanden en rotspartijen geven het geheel een sprookjesachtige sfeer.
Dag 42. 20 augustus 182 km.
Ietsie pietsie minder bewolking, maar dat maakte niets uit vandaag, we hebben nog geen uur zonder regen gezeten. Op Førde geprogrammeerd. Op m’n 30 jaar oude kaart kan ik de route niet goed volgen maar dan blijkt dat er inmiddels een nieuwe weg is aangelegd van ongeveer Sogndalsfjőra naar Lunde aan de andere kant van de Jostedalsbreen. Een prima weg maar wel met een tiental tunnels, waarvan een paar meer dan 6 km lang. Voor we daar in duiken komen we langs de Tjærland gletsjer. We parkeren de camper en maken een pittige wandeling naar de voet van die gletsjer, wel met een paraplu boven ons hoofd dat wel. Het is jammer want we hebben geen zicht op de bovenkant. Onderweg zien we ontzettend veel watervallen van de bergen afvallen. Ook de rivieren waar we langs rijden verplaatsen gigantisch veel water. In Førde vinden we geen plekje voor de nacht daarom gaan we richting Dale aan de Dalsfjorden. We moeten over een B-weg, een hele smalle weg waar we vaak gebruik moeten maken van passing places om tegenliggers te ontwijken, maar dat lukt verder prima. Vlak voor Dale zien we aan de overzijde van de Fjord twee geweldige watervallen. Direct daarna duiken we een tunnel in van 2 km met in het midden een rotonde. Als we er uitrijden zijn we gelijk in het dorpje. Omdat het tijd is voor een plekje rij ik op de gok naar het haventje en ja, daar is een geweldig plekje voor ons.
Dag 43. 21 augustus 135 km.
Het zonnetje zien we heel zuinig tussen de wolken door gluren. Later op de dag doet hij(zij) dat vaker. Hoe dan ook, wij zijn er heel blij mee. Een paar dagen regen is niet wat je in je vakantie erg op prijs stelt. We verlaten Dale en maken een omweg via het smalle weggetje naar Hellevik. Smal maar met veel plaatsen om te passeren. We genieten van het parkachtige landschap, ik geloof niet in incarnatie maar zou ik toch opnieuw geboren worden, dan graag in Noorwegen. De morgen is voorbij als we arriveren in Lavik, waar we de ferry in de verte reeds aan zien komen. Het is een vrij grote en zo te zien ook vrij nieuwe boot waar 4 rijen auto’s naast elkaar kunnen staan. Wat minder leuk is dat het enorm naar stront ruikt als ik een ommetje maak over het dek. Waar dat vandaan komt, Joost mag het weten. Maar er is nergens een Joost te bekennen, zodoende blijft dus die vraag onbeantwoord. 15 minuten duurt de overtocht over de Sognefjorden die als een spiegel zo glad is. We sturen Tom richting Voss en opnieuw blijkt mijn kaart niet meer te kloppen. We worden een zijweg ingestuurd bij Matre dat een doodlopende zou moeten zijn maar in werkelijkheid rijden we met behulp van veel tunnels richting Mo. Daar is een camperplaats, die is echter te bereiken via een bruggetje die maar 3 ton kan verwerken en wij zijn 500 kg zwaarder, dat vergeten we dan maar. We rijden een paar honderd meter terug en ontdekken een klein verlaten bedrijfsterrein aan de fjord waar het heerlijk toeven is. Er is zelfs een wrakke steiger aanwezig waarop ik opnieuw mijn geluk ga beproeven met de hengel. Weer geen succes, weer twee verloren uurtjes. Of nee verloren, absoluut niet, ik geniet van de rustige omgeving en het uitzicht op de magnifieke watervallen die hier van de hoge steile rotsen pardoes in de fjord vallen. Ik vergeet nog te melden dat er vanmiddag een eekhoorn als een haas over de weg heen snelde.
Ga voor het vervolg van deze reis naar deel 2
Hallo GeJo, Na jullie sms even deze site bekeken, weer een heleboel bekende plekken voorbij zien komen en het kriebelt wel een beetje. Jullie hadden het over een op de vijf auto’s was een camper, verder naar boven waren het bijna alleen campers de laatste keer dat wij er waren. De automobilisten van gewone auto’s konden beter naar elkaar zwaaien. De belooga’s hebben wij in juni gezien dan verzamelen alle jonge mannetjes en gaan op jacht naar eten, dus of je ze nu ook nog met zovelen ziet? Voorlopig zijn jullie op een van de mooiste routes van Noorwegen naar Hamningberg. Vergeet niet naar de Slettnes fyr te gaan (met voldoende diesel in de tank) ook meer dan de moeite waard.
Groeten
Ps het is nu hier in Drachten 38 gr. geniet van de koelte daar!